Voor 7 dollar mag je als lid maandelijks maximaal 5 koppen koffie tanken bij de deelnemende coffeeshops, onbeperkt koffieslurpen kost je 45 dollar (met minimale tussenpozen van 30 minuten tussen elke bestelling).
Voor luxere koffie, zoals lattes en ijskoffie, klimt het maandbedrag naar 85 dollar. Bestellen gaat door in de app een drankje te kiezen, en aan de kassa een betaalcode te laten zien.
Tot nu toe doen 28 coffeeshops mee; oprichter Gilad Rotem wil er in Manhattan binnen afzienbare termijn 200 op de dienst hebben aangesloten – niet geheel toevallig net zoveel als het aantal Starbucks-filialen aldaar. Zo ontstaat er een dekkend netwerk, zodat naar koffie smachtende abonnees overal in de stad terecht kunnen.
Volgens Rotem profiteren coffeeshops van schaalvoordelen die de app biedt, maar behouden ze tegelijkertijd hun onafhankelijke en unieke uitstraling. Coffeeshops krijgen van Cups minder geld dan de normale winkelprijs per kopje koffie, maar hopen vooral te profiteren van de extra klandizie die de app oplevert.
Zie ook: 10 abonnementen als businessmodel
In Tel Aviv, waar Cups in 2012 begon, boekte dienst al de nodige successen. Uitbreiding naar Jeruzalem zorgde ervoor dat inmiddels 100 Israëlische café’s meedoen. Afgelopen oktober zette Cups zijn zinnen op New York en vertrok Rotem met een medeoprichter naar New York.
Hoewel logins voor de app niet deelbaar zijn, kan het systeem misbruikt worden door je telefoon aan iemand anders uit te lenen. Maar Rotem maakt zich daarover geen zorgen, gebaseerd op zijn eerdere ervaringen in zijn geboorteland: ‘Als Israëliërs ons niet naaien, zullen Amerikanen dat waarschijnlijk ook niet doen.’
Misschien nog wel even kijken naar die naam: ‘Cups’ roept volgens sommigen associaties op met een lingeriewinkel.