Fastned heeft inmiddels al een team met Duitse medewerkers aan het werk gezet. De challenger bouwt momenteel al 1 snellaadstation per week in Nederland, met 200 stations als einddoel.
In Duitsland komen de stations net als in Nederland op het terrein van bestaande benzinestations. Samen vormen ze twee geplande routes (zie kaart onderin dit bericht): een daarvan loopt vanaf de Nederlandse grens ter hoogte van Zevenaar tot aan Oostenrijk. De andere route begint bij de grens bij Oldenzaal en loopt via Hamburg tot aan het schiereiland Fehmarn, waar een veerboot Duitsland verbindt met Denemarken. De subsidie is ook bedoeld voor de aanleg van 30 Nederlandse laadstations die onderdeel zijn van die corridors; op die locaties was Fastned al van plan te gaan bouwen.
De subsidie is afkomstig van het EU-programma ‘Trans-Europese vervoersnetwerken’ (TEN-T). Fastned had zich voor die subsidie aangesloten bij een een consortium van in totaal vier bedrijven uit Nederland, Zweden (Öresundskraft), Denemarkten (Clever), Duitsland (VDE Prüf-und Zertifizierungsinstitut) en Zwitserland (ABB). In totaal krijgt dat consortium is 4,2 miljoen euro subsidie voor de aanleg van 155 snellaadstations. De corridors moeten eind 2015 operationeel zijn.
Bevestiging
Belangrijke vervolgstap is nu nog wel het verkrijgen van de benodigde Duitse vergunningen. Maar Langezaal noemt de kans dat het project niet doorgaat ‘heel klein’. ‘Ik zie de subsidie als een bevestiging van de EU. Als de Duitse overheid dit niet wil, dan moeten ze dat gaan uitleggen bij de EU. Dat wordt een lastige kwestie.’ Hij wijst erop dat hetzelfde Duitse ministerie dat Fastned de concessie moet gaan verlenen steun verleent aan het subsidieproject en volgens hem wil meewerken aan het slagen ervan.
Langezaal noemt de uitrol van een laadnetwerk ‘een soort paardenrennen met allemaal stapjes’. ‘Dit is de eerste stap daarin.’ In het ‘extreme geval’ dat Fastned geen verguningen krijgt zou het bedrijf nog kunnen uitwijken naar andere locaties.
Tempo
De 32-jarige ondernemer zegt tempo te willen maken. Met de ervaringen in eigen land op zak kan de hele procedure van het aanvragen van vergunningen en concessies volgens hem in Duitsland veel sneller worden doorlopen. ‘In Nederland duurde het ongeveer 2,5 jaar tot de aanleg van het eerste station. Met de huidige kennis kunnen we dat terugbrengen naar een jaar.’
De subsidie versnelt de stap naar Duitsland. ‘Die beslissing was anders misschien later gekomen. Maar dat we organisch zouden gaan groeien naar andere landen, dat stond al vast.’
Zie ook: Show me the money: Fastned
De bouw van de 64 stations kost Fastned in totaal 12,8 miljoen euro. De EU subsidieert de laders, afkomstig van Epyon. Dat Nederlandse bedrijf is sinds 2011 in handen van ABB, een van de deelnemers in het consortium. ABB, Fastned en Clever kenden elkaar al goed, zegt Langezaal, die voorheen ook bij Epyon werkte.
En dat is handig, want ‘bij subsidieprojecten blijkt je nu eenmaal te moeten samenkomen met andere partijen. Iemand bij de EU heeft bedacht dat er een corridor moest komen, en dat het bijvoorbeeld handig is als je van Stockholm naar Salzburg kan rijden. Niet dat daar per se ratio achter zit, maar er gebeurt ten minste iets. Het geeft een project een richting.’
Nederland
Het is wat Langezaal betreft niet vreemd dat een Nederlands bedrijf laadstations aanlegt in Duitsland, toch hét Europese autoland bij uitstek. ‘Het aantal Duitse oliebedrijven is ook nihil’, reageert hij nuchter. Nederland loopt voorop wat laadtechnologie- en -infrastructuur betreft. ‘Dat doen we gewoon heel goed. We zijn al de grootste op het gebied van autoladers, Epyon is wereldmarktleider op dat gebied. Daarmee hebben we technisch gezien een marktleider in eigen land waarmee je kunt consolideren.’
Fastned heeft een notering aan de mkb-beurs NPEX, waar tot nu zo’n 800 particuliere investeerders bij elkaar 1,4 miljoen euro in de challenger staken. Het bedrijf is daarnaast gefinancierd met een lening van 2 miljoen euro uit het investeringsfonds Breesaap van de familie Lubbers. Vooralsnog is er voor het Duitse project geen extra kapitaal nodig. ‘De eerste stap is het neerzetten van de vergunningen en concessie. Dat kunnen we prima vanuit de Nederlandse bv funden.’
Tot het moment dat Fastned daadwerkelijk gaat bouwen. ‘Dan gaan we serieus geld ophalen.’ Dat kan volgens Langezaal het moment zijn om een notering aan te vragen bij de Londen Stock Exchange of beurs in Frankfurt (de DAX). ‘Daarvoor doen we nu de eerste onderzoeken.’
De geplande (en gerealiseerde) Fastned-stations: