Met de tool, in 2009 ontworpen door Alexander Osterwalder en Yves Pigneur, ga je samen met je team, belangrijkste adviseurs of wie je er graag bij wilt hebben, kijken naar de sterke en zwakke punten van je product, de omgeving en de concurrentie. In hun boek Business Model Generatie vind je er meer over. De voorbereiding kan simpel zijn: print het model (Pdf) uit, haal een stapel post-its en ga met je team ervoor staan. In 9 stappen vul je vervolgens dit model in.
1. Customer Segments
Eerst de mensen om wie het uiteindelijk gaat: de klant. Wie zijn eigenlijk onze klanten of klantgroepen? Hier beschrijf je zo specifiek mogelijk wie de mensen zijn die je product – nu of in de toekomst – kopen. En bij deze mensen ga je kijken: wie zijn er het belangrijkste?
2. Value Proposition
Top: we weten wie onze klanten zijn. Op naar de volgende stap: waarom zijn ze onze klanten? Als zij kijken naar ons product: waarom willen ze dit dan hebben? Welk probleem dat zij nu hebben, hebben zij niet meer als ze onze producten gebruiken?
3. Channels
Wij weten nu hoe we meewaarde creëren voor onze klanten, maar komen zij daar zelf achter? Op welke manier zorgen wij nu dat die mensen die we willen bereiken, ook écht bereikt worden? Welk type marketing laten we hierop los?
4. Customer Relationships
Tijd om het uit te diepen: welke band hebben we nu met onze klanten? En welke band willen we hebben met deze relaties? De relaties ga je verdelen in segmenten: welke types klanten hebben we, hoe kunnen we welke types het beste benaderen en wat leveren deze klanten ons uiteindelijk op?
5. Revenue Streams
We weten nu waar onze klanten voor betalen, maar waar wíllen ze voor betalen? Hoe zorgen we ervoor dat onze klanten – blijven – denken: “Ja, die 100 euro is goed besteed”. Daarmee komen dus uit bij het verdienmodel van de onderneming.
Nu weten we welke producten we aan wie verkopen. Ook hebben we vooruit gepland: we weten hoe we in de toekomst deze klanten aan ons blijven verbinden en hoe we hier inkomsten uit krijgen. Op naar de volgende stap: hoe maken we de producten, wat kost dat allemaal en wie hebben we daarvoor nodig?
6. Key Resources
Wat hebben we eigenlijk nodig om die meerwaarde voor de klant te kunnen realiseren? Hierbij kijk je verder dan de producten die je maakt: wat heb je nodig om de relaties met de klanten goed te houden? Wat heb je nodig om de producten bij de consument te krijgen? Denk aan fysieke middelen (bedrijfsapparatuur), intellectuele middelen (een patent of een merk) en personeel.
7. Key Activities
We weten welk product meerwaarde creëert voor onze klanten, maar hoe maken we dit? Welke activiteiten en productieprocessen zorgen ervoor dat die meerwaarde er aan het einde van de dag is? En ook hierbij kijken we weer nadrukkelijk naar de klanten: op welke manier behouden we de klanten die we nu hebben en hoe krijgen we er nieuwe bij?
8. Key Partners
Van wie krijgen we die spullen waar we het bij Key Resources over hadden? Welke externe adviseurs of strategische partners zorgen voor een meerwaarde die essentieel is voor onze bedrijfsvoering?
9. Cost Structure
Net als we bij de inkomsten hebben gedaan, gaan we nu kijken naar de uitgaven. Waar geven we hoeveel geld aan uit? Welke kosten zijn hiervan echt heel belangrijk en welke kunnen we eventueel vermijden?
De Business Model Canvas-poster kan je een goed totaaloverzicht geven. Om het meeste uit het model te halen moet je het wel serieus met je team invullen. Dat hoeft niet bij een eenmalige exercitie te blijven.
Foto: Steven Zwerink | CC BY-SA 2.0