Via Uberpop rijden particulieren in hun eigen auto klanten rond voor de helft van de prijs van een taxi. Een chauffeur wordt via een app besteld.
De ILT eist dat Uber stopt met die dienst, op last van een dwangsom van maximaal 100.000 euro. Ook deelde de ILT boetes uit aan drie Uberpop-chauffeurs in Amsterdam en Rotterdam. Het Amerikaanse bedrijf hoopte de eis van de inspectiedienst via een kort geding van tafel te krijgen.
Maar de rechter is het eens met de ILT dat Uberpop draait om illegaal taxivervoer. ‘Chauffeurs zonder taxivergunning die via Uberpop tegen betaling passagiers vervoeren verrichten taxivervoer’, merkt hij op. Daarmee overtreden zij de wet personenvervoer.
‘Uber stelt met Uberpop chauffeurs in staat de wet personenvervoer te overtreden. Uber verdient daar zelf ook aan. Daarom is ook Uber in overtreding.’ Daarmee haalt de rechter een belangrijk argument van Uber onderuit, namelijk dat het geen taxibedrijf is, maar alleen een technologische bemiddelaar van transacties. Uber verdient zelf 20 procent van elke rit.
Controle
De rechter noemt verder de controle door Uber op de betrouwbaarheid en de kwaliteit van de chauffeurs ‘niet gelijkwaardig’ aan de controle die de overheid kan uitoefenen. ‘Er is geen concreet zicht op dat Uberpop in de huidige vorm in de wet zal worden geregeld’, stelt hij tenslotte. ‘Dat wil zeggen, zonder dat een taxivergunning is vereist. Om deze redenen heeft de minister terecht aan Uber opgedragen om het vervoer via Uberpop door chauffeurs zonder taxivergunning te beëindigen.’
Of Uber de dienst ook direct platlegt is nog niet duidelijk. Het bedrijf gaat in beroep tegen de boetes en zegt ze te zullen betalen als ze gehandhaafd blijven. In andere landen bleef Uberpop ook na een gerechtelijke uitspraak gewoon beschikbaar.
