Biologische kazen, ambachtelijke soepen, verse salades, gezonde sapjes; inmiddels genieten 6.000 mensen (bij circa 400 bedrijven) van de lunches van De Buurtboer. Het Amsterdamse bedrijf is sinds de oprichting in 2010 flink gegroeid, mede dankzij de zoektocht naar een gezond alternatief voor de supermarkt-krentenbol of de kantine-tosti. Inmiddels staan er zo’n 40 medewerkers op de loonlijst en is de omzet gestegen naar een dikke vijf miljoen euro.
“Wij willen graag dat mensen bewuster omgaan met hun middageten”, zegt mede-oprichter Caroline van der Lande (rechts op de foto, samen met mede-oprichter Nikki Wiesman). “Je moet goed eten om goed te kunnen functioneren. Het geeft veel voldoening dat we de gezonde bedrijfslunch op de kaart hebben gezet.”
Doneren aan de voedselbank
Omdat De Buurtboer steeds groter wordt, moet het ook een grote hoeveelheid voedsel inslaan. Tel daarbij op dat klanten soms gedurende de week hun bestelling reduceren of annuleren, dan blijft er wel wat eten liggen in het distributiecentrum. Deze restanten, variërend van bananen, appels, salades, kazen, melk en vleeswaren, doneert De Buurtboer iedere week aan de Diemense Voedselbank.
“Omdat wij werken met een abonnementsmodel en precies op maat inkopen, hadden wij niet verwacht dat er overtollig voedsel zou zijn”, legt Van der Lande uit. “Derving speelde in de beginfase geen rol, maar inmiddels wel. Omdat wij het ook zonde vinden om eten zomaar weg te gooien, besloten we er een maatschappelijk doel voor te zoeken. Ook al is het maar een procent van wat we in totaal inkopen, toch gaan er nu iedere vrijdag ongeveer 10 kratten richting de Voedselbank.”
80 procent van de werknemers zijn millenials
Die keuze voor de Voedselbank werd min of meer ingegeven door de medewerkers van De Buurtboer. Van der Lande schat in dat ongeveer 80 procent van de werknemers ‘millenials’ zijn, die naast hun betaalde baan een waardevol steentje bij willen dragen aan de maatschappij.
Daarom levert de oud-Challenger niet alleen voedsel aan de Voedselbank, maar gaan er in de vakantieperiode iedere vrijdag twee Buurtboerders helpen in- en uitpakken.
Van der Lande: “De meeste werknemers zitten, kort door de bocht gezegd, de hele dag achter een beeldscherm. Maar bij de Voedselbank kunnen ze lekker hun mouwen opstropen en fysiek werk doen. Op maandag vertellen ze bij de koffiemachine enthousiast over hun werkdag bij de Voedselbank.
Ik merk dat ze hierdoor een realistische blik krijgen op de maatschappij, want er zijn toch zo’n 135.000 Nederlanders die afhankelijk zijn van initiatieven als de Voedselbank.”
Kennis delen en impact vergroten met Buurtboer
Maar naast overtollig voedsel en ‘handjes’ leveren, ziet Van der Lande op termijn mogelijk een grotere rol weggelegd voor De Buurtboer bij de Voedselbank. Beide organisaties hebben te maken met plannen, roosteren, distribueren en verpakken van (vers) eten.
“Het schuurt dicht tegen elkaar aan”, verklaart De Buurtboer-oprichter. “In de afgelopen zeven jaar hebben wij veel kennis en ervaring opgedaan. Weliswaar in een commerciële omgeving, maar De Buurtboer heeft een social enterprise-DNA. Onze kennis willen we graag delen, dus wellicht moeten we eens om de tafel gaan zitten met de Vereniging van Nederlandse Voedselbanken. Want ik vind dat wij nog veel te weinig mensen blij maken.
Ik wil onze impact vergroten. Dat kan met De Buurtboer, maar ook met het ondersteunen van gezinnen die afhankelijk zijn van de Voedselbank.”