Ze zeilen de wereld over om te laten zien dat het kan: rum, chocola en koffie importeren zonder motor. Andreas Lackner (40), Arjen van der Veen (42) en Jorne Langelaan (38) willen zo een ‘nieuwe’ economie aanzwengelen. Want cargozeilen hoeft niet alleen voor het avontuur of uit idealisme, bewijzen ze. Het is ook een serieuze business. Morgen vertelt Lackner de aandeelhouders dat er een lichte winst is geboekt. Ondertussen plannen ze de bouw van een derde schip met ruim tien keer zoveel laadruimte als hun eerste zelfgebouwde tweemaster ‘Tres Hombres’. Hoe wordt dat allemaal bekostigd? Lackner: “Je moet natuurlijk wel een beetje gek zijn.”
Lackner, oorspronkelijk een Oostenrijker, werkte jarenlang als actiecoördinator voor Greenpeace in Wenen. Toen de overkant van de oceaan hem trok, maar hij niet wilde vliegen, besloot hij te liften. Onderweg bleef hij 8 maanden hangen in Nederland en kwam hij in contact met de driemaster ‘Europa’. Hij voer samen met twee andere groentjes, Van der Veen en Langelaan, als extra matroos mee op de eerste vaart van het schip naar Zuid-Amerika.
Luxeproducten
Ergens op de oceaan voeren ze twee dagen samen op met een motorvrachtschip. “We hadden goede wind dus we gingen even hard”, zegt Andreas in foutloos Nederlands met een Oostenrijks accent. Hij heeft een ‘rustig’ plekje opgezocht in een loods in de Amsterdamse NDSM-haven, waar elke vijf minuten iemand aan zijn mouw trekt. Toen de Tres Hombres gister aanlegde, vertrok Kapitein Van der Veen meteen naar zijn vrouw en kinderen. Omdat Langelaan is in Ierland ‘op missie’ is voor nieuwe klanten, is Lackner nu verantwoordelijk voor het lossen. Hij stuurt een crewlid op weg met een lading vers geïmporteerde koffie en vertelt onverstoord verder over de eerste grote zeilbootreis. “Uit dat vrachtschip naast ons zagen we voortdurend rook komen, terwijl wij werden voortgestuwd door een wolk van zeil.”
Met dat beeld voor ogen besloten de drie matrozen om samen lekkere dingen te vervoeren met wind, om te laten zien dat uitstoot overbodig is. Niet dat ze denken dat ál het huidige vrachtvervoer uiteindelijk per zeilboot kan. Maar dat hoeft ook niet. Lackner: “90 procent van het goederenvervoer is totale onzin, je kunt prima overleven zonder. Wij vervoeren geen auto’s uit Japan of appels uit Chili, want die hebben we hier ook. Wij importeren luxe artikelen die niemand nodig heeft. Áls je al chocola of rum wil vervoeren, moet je dat emissievrij doen, zodat niemand er last van heeft.”
Eenmaal terug in Nederland gingen de drie naar de zeevaartschool en begonnen in 2006 met hun ondernemersplan. Zeilen was er toen nog lang niet bij. Voor 3,5 duizend euro kochten ze een oude romp en de volgende 2,5 jaar lang bouwden ze daar 6x per week 12 uur per dag aan met hulp van vrijwilligers. Een halve ton en 160.000 manuren later was de Tres Hombres klaar voor vertrek. Financiering kwam van de verkoop van aandelen voor 1000 euro per stuk aan 180 friends, fools and family. “Ze vielen vooral voor de charme van ons idee.”
Ondernemen op zee
De Tres Hombres heeft een laadruimte van 35 ton en vaart tussen Europa, Amerika en verschillende eilanden in de Atlantische oceaan en de Caraïben. Als je dan een dek voor je ziet vol rumdrinkende mannen heb je het mis. Lackner: “Het schip vaart ‘droog’, anders ga je ten onder. En zonder vrouwen varen we nergens heen, dat maakt de sfeer gewoon beter.”
Het ritme aan boord is simpel. De kapitein beslist wat er moet gebeuren en de crewleden voeren dat uit in shifts van zes uur werk, zes uur rust. Dan liggen ze aan dek of met een boekje in hun kooi, afhankelijk van het weer. Contact met land kan alleen in simpele e-mails, zonder grote bestanden. De ondernemers besturen zelf het schip en leggen in zo’n twintig havens per reis allerlei contacten als ambassadeurs van fair transport.
Met Van der Veen als dromer, Langelaan als denker en Lackner als doener lieten ze de zaken groeien. Ze begonnen een eigen merk rum en chocola, Tres Hombres, waarmee ze een tweede schip (voor)financierden, de Nordlys. Het is een aparte NV, net als Tres Hombres, en neemt de Europese kustvaart voor zijn rekening.
Zonder motor
Er zitten natuurlijk ook nadelen aan het varen zonder motor. Dat blijkt als de Tres Hombres in de Amsterdamse NDSM-haven één ligplek moet verplaatsen. Op mankracht, want een zeil uitzetten heeft hier geen zin. Terwijl Lackner roept waar er meer handen nodig, hangen er vier man tegelijk met hun volle gewicht aan één touw. Er klinkt luid gekraak van brekend hout als de boeg van de Tres Hombres de reling van een loopblank in de haven omver maait. Andreas kijkt even bezorgd maar haalt dan zijn schouders op. “Dat timmeren we wel weer in mekaar”. Ondertussen klimt een man vanaf de wal aan boord om met tranen in zijn ogen een van de crewleden te omhelzen. ‘Wat zie je eruit man!’ Het schip is ruim een half jaar weggeweest. Met anderhalve maand vertraging wegens Colombiaanse vrachtwagenstakingen en een orkaan.
“De vracht moet geduldig zijn”, zegt Lackner, “wanneer we ergens zijn is moeilijk te voorspellen. En we kunnen lang niet op alle plekken komen. Mexico lukt bijvoorbeeld niet, omdat de wind daar altijd naartoe waait. Dan kom je niet meer weg.” De zeilschepen hebben daarom een voorkeur voor eilanden. Dat geeft een extra concurrentievoordeel omdat er geen vrachtwagens kunnen komen. En de crewleden vinden het vast ook niet verkeerd.
Een derde van de omzet van Tres Hombres, in totaal ongeveer drie ton, komt van trainees. Dat zijn acht mensen van de totale crew van vijftien man, die voor hun opleiding rond de 1500 euro per maand betalen. De rest van de inkomsten haalt Tres Hombres binnen via vrachtvervoer, klanten betalen 50 cent per ton per mijl. Dat zijn vooral MKB-bedrijven, zoals Simon Levelt en Chocolatemakers, met duurzaamheid hoog op de agenda. Lackner: “Wij zijn de missende schakel in de ketting van biologische productie en fairtrade.” Als potentiële nieuwe klanten benaderen ze vooral bedrijven die al biologische producten importeren.
Opschalen
Het eigen merk Tres Hombres valt verwarrend genoeg niet onder de NV van het schip, maar onder Fairtransport Trading. Daarmee willen de ondernemers consumenten bewust maken van de uitstoot van schepen. Lackner: “De zestien grootste schepen in de wereld stoten evenveel gif uit als alle auto’s bij elkaar. Er bestaat dus nog geen biologische banaan in Europa, omdat wij die nog niet hebben vervoerd.”
Het derde schip staat in de planning, met ruim tien keer zoveel vrachtruimte als de Tres Hombres. Lackner: “499 ton. Dat is ongeveer de maximum laadruimte die je in een paar havens kunt vullen zonder monocultuur en slavenwerk.” Een schip van die grootte zou ook door groepen mensen in armere landen gebouwd kunnen worden. “We willen geen monopolie, maar zien juist graag dat anderen dezelfde soort initiatieven nemen.”
Om dat te stimuleren startte twee jaar geleden het Sailing Cargo Alliance. Met de Tres Hombres als voorbeeld zijn er al twee andere cargozeilschepen verrezen, de Avontuur in Duitsland en de Grayhound in Engeland. Bekenden in Costa Rica en Frankrijk zijn ook aan het bouwen geslagen. Lackner: “Wij geven iedereen uitleg, alles is open source.”